Audiologisch onderzoek in nege Nederlandse ijzer- en metaalgieterijen
article
In 9 ijzer- en metaalgieterijen zijn geluidniveaumetingen verricht. Het geluidniveau blijkt vaak boven de toelaatbare grens te komen, die is opgesteld voor continu lawaai en permanente expositie. In deze bedrijven is het geluid echter nergens continu en de expositie van de werknemers niet permanent. Om na te gaan, of de gemeten geluidniveaus schadelijk voor het gehoororgaan van de hieraan blootgestelde werknemers zijn, is bij ruim 1400 werknemers uit deze bedrijven audiometrisch onderzoek verricht. Aan de hand van de anamnese zijn de audiogrammen geselecteerd, die voor bewerking in aanmerking komen. Alle audiogrammen van werknemers, die voorheen of elders reeds aan lawaai zijn blootgesteld (geweest) of die een positieve keel-, neus-, ooranamnese hebben zijn buiten beschouwing gelaten. Ruim 40% van de audiogrammen bleek voor bewerking in aanmerking te komen. Deze audiogrammen zijn gecorrigeerd voor de leeftijd. Alleen de audiogrammen van degenen die hun gehele diensttijd in de gieterij-afdeling van de bedrijven hebben gewerkt zijn tenslotte verwerkt tot bedrijfs (mediaan) audiogrammen.
Bij analyse van de gegevens is gebleken, dat allen die in een gieterij-afdeling werkzaam zijn, groot risico lopen een matig tot ernstig gehoorverlies te krijgen. Ook degeen, die werk verrichten, waarbij nauwelijks of geen sprake van lawaai is lopen dit risico. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door het feit, dat het gedeelte van het productieproces, waarbij geen lawaai ontstaat niet is geschei­den van het gedeelte dat gepaard gaat met hoge lawaainiveaus. Bij doorvoering van preventieve maatregelen, zal dan ook aan het afscheiden van de lawaaiafdelingen de hoogste prioriteit moeten worden gegeven.
Bij analyse van de gegevens is gebleken, dat allen die in een gieterij-afdeling werkzaam zijn, groot risico lopen een matig tot ernstig gehoorverlies te krijgen. Ook degeen, die werk verrichten, waarbij nauwelijks of geen sprake van lawaai is lopen dit risico. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door het feit, dat het gedeelte van het productieproces, waarbij geen lawaai ontstaat niet is geschei­den van het gedeelte dat gepaard gaat met hoge lawaainiveaus. Bij doorvoering van preventieve maatregelen, zal dan ook aan het afscheiden van de lawaaiafdelingen de hoogste prioriteit moeten worden gegeven.
TNO Identifier
878543
Source
Tijdschrift Sociale Geneeskunde, 47, pp. 210-220.
Pages
210-220