Samenwerking tussen industrie, overheden en omgeving in het Noordzeekanaalgebied ; Eindrapport met inzichten uit de co-creatiepilot

report
Het programma Maatschappelijk Verantwoord Innoveren-Energie (MVI-E) van de Topsector Energie heeft
Public Mediation en TNO gevraagd om in een pilot te onderzoeken welke condities we kunnen creëren om
industriële partijen bij de realisatie van klimaat- en energieprojecten te laten samenwerken met omgevingspartijen.
In de periode oktober 2020 - december 2021 heeft een groep bedrijven, overheden, lokale maatschappelijke
organisaties en bewoners die actief zijn in de IJmond hieraan deelgenomen.
De co-creatie pilot verliep langs twee sporen: 1) maandelijkse bijeenkomsten met bedrijven en overheden,
waarin werd gereflecteerd op- en afgestemd over concrete klimaatprojecten, en 2) vier leerbijeenkomsten met
partijen uit de IJmond waarin de onderlinge afhankelijkheden in beeld zijn gebracht, een dialoog is gestart en
waarin is verkend hoe deze partijen vorm zouden kunnen geven aan co-creatie.
Gedurende de looptijd van de co-creatiepilot is het maatschappelijk debat over de gezondheidseffecten van
de staalproductie in de IJmond sterk opgekomen. Uit de leerbijeenkomsten kwam naar voren dat de zorgen
hierover worden herkend, maar dat deze zorgen over de gezondheid te weinig aan bod komen in de besluitvorming
over klimaatprojecten en in de beleidsstrategieën voor de verduurzaming van de energievoorziening.
Dat leidt tot grote zorgen bij groepen omwonenden die zich afvragen wie de verantwoordelijkheid
neemt voor de bescherming van hun gezondheid. Inmiddels is gezondheid als randvoorwaarde gesteld voor
de realisatie van projecten uit de Cluster Energiestrategie. Tegelijk zijn er ook zorgen dat de werkgelegenheid
verdwijnt en dat de verduurzaming niet snel genoeg gaat.
De co-creatiepilot had een reflectief karakter, waarin de partijen -los van formele besluitvorming over
projecten en beleidsstrategieën- hebben verkend in hoeverre zij afhankelijk zijn van elkaar, welke issues er
spelen en hoe zij aankijken tegen de verschillende opgaven in de IJmond. Daaruit komt dat de onderlinge
afhankelijkheden groot zijn, maar er geen proces is om tot bredere gebiedsafwegingen te komen. Deelnemers
hadden de verwachting dat deze co-creatiepilot hen meer handelingsperspectief zou bieden om die afwegingen
te kunnen maken. Tegelijk is er ook behoefte aan een “tussenruimte” waarin het niet over besluitvorming
of participatie gaat, maar waar ruimte is voor reflectie. Dat kwam goed van pas toen de grote CCS projecten
werden stopgezet en de industrie de beweging naar waterstof maakte. CC(U)S projecten zullen wel nodig blijven.
TNO Identifier
981813
Publisher
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
Collation
60 p.
Place of publication
s.l.