Hydrogeologisch basismodel Zuid-Nederland

report
Op basis van in 2021 bestaande kennis is een grensoverschrijdende schematisatie vervaardigd van de hydrogeologische opbouw van de ondergrond van de
Nederlandse provincies Limburg en Noord-Brabant, die doorloopt in een groot deel van Vlaanderen, het Nederrijngebied in Duitsland en een klein deel van Wallonië. Dit hydrogeologische basismodel Zuid-Nederland (ZuidNL) is samengesteld ten behoeve van grondwatermodelleringen uit bestaande informatie van onder meer beschikbare lagenmodellen. De beschikbare informatie is samengevoegd, waarbij niet aanvullend is gemodelleerd. Wel zijn enkele aanpassingen gedaan om het model beter geschikt te maken voor het gebruik in een grondwatermodel (met het gereedschap zoals dat momenteel beschikbaar is). De grootste aanpassing hiervan is het verticaal maken van de belangrijkste breuken in het gebied, die in dit rapport hoofdbreuken worden genoemd. Deze breuken vormen de grenzen van de voornaamste tektonische blokken en vormen in meer of mindere mate een barrière voor laterale grondwaterstroming. Ook vormen ze logische grenzen tussen deelgebieden in een grondwatermodel, waarin per deelgebied een andere schematisatie van watervoerende pakketten en scheidende lagen gebruikt wordt. Aanvullend zijn breuken geselecteerd die mogelijk ook invloed op de grondwaterstroming hebben, welke in dit rapport nevenbreuken worden genoemd. Ook zijn de hoofd- en nevenbreuken voorzien van klassen die een indicatie geven van de invloed op de grondwaterstroming en gebruikt kunnen worden bij de kalibratie van breukweerstanden. Dit is dus een kwalitatieve hydraulische parametrisatie. De modeleenheden zijn voorzien van een kwantitatieve parametrisatie: kh en kD voor zandige (c.q. goed-doorlatende modeleenheden), kv en c voor kleiige (c.q. slecht-doorlatende modeleenheden) en alle vier voor complexe modeleenheden. Naast het verticaal maken van de hoofdbreuken zijn nog een aantal lokale aanpassingen gedaan: - De kleiige eenheden binnen de Formatie van Waalrekleien zijn doorlopend gemaakt over de grens tussen de modellen H3O-Roerdalslenk (H3Ors) en H3O-Roerdalslenk Noordwest (H3Orsnw); - Diverse onwaarschijnlijke gaten in modeleenheden binnen de verbreidingsgrenzen van de betreffende geologische eenheid zijn opgevuld; - Het niveau van de onderkant van de Kiezeloöliet Formatie in Duitsland is meer aaneengesloten gemaakt als bovengrens voor de oudere mariene zanden; - De modeleenheden van het Nederlandse hydrogeologische model REGIS
II zijn geëxtrapoleerd naar de Viersenbreuk die in Duitsland loopt parallel aan de grens met Midden-Noord Limburg. Bij gebruik van het hydrogeologisch basismodel zijn er algemene aandachtspunten: - De doorlatendheden buiten REGIS II zijn veelal constante waarden die weinig toetsing in de praktijk hebben gehad en dus een grote bandbreedte hebben. Bovendien ontbreekt daarbij eventueel aanwezige regionale variatie; - De hydraulische werking van breuken is vanuit de hydrogeologie slecht bekend; - De uitgangspunten en schematisaties van de gebruikte deelmodellen verschillen van elkaar; - De deelmodellen zijn overgenomen zonder een toetsing uit te voeren, zoals een vergelijking met boordata die niet bij de betreffende modellering zijn gebruikt. Het opgeleverde model ZuidNL bevat een kaart met specifieke aandachtspunten. Met deze algemene en specifieke aandachtspunten in gedachten is het hydrogeologische basismodel Zuid-Nederland geschikt voor het maken van een initiële ndergrondschematisatie van een fysisch-gebaseerd grondwatermodel. Afhankelijk van het doel van de modellering dient deze schematisatie aangepast te worden op basis van kalibratie en lokale informatie. Verder is het aan te bevelen om deze grensoverschrijdende inventarisatie van ondergrondkennis gekoppeld aan bestuurlijke grensoverschrijdende samenwerking verder uit te bouwen. Naarmate de ondergrondmodellen in Noordrijn-Westfalen, Vlaanderen en Wallonië verder geharmoniseerd worden zal de nu opgezette workflow makkelijker en met minder handwerk opnieuw uitgevoerd kunnen worden en een beter resultaat opleveren.
Topics
TNO Identifier
976246
Publisher
TNO
Collation
122 p. (incl. bijlagen)
Place of publication
Utrecht