tTEM metingen t.b.v. detecteren van een breuk nabij Boerdonk
report
TNO heeft opdracht gekregen van Koninklijke Smals NV voor het uitvoeren van
onderzoek met de tTEM methode voor het detecteren van breuken in de
ondergrond ten noorden Boerdonk. Smals is voornemens ter plaatse zand te
winnen uit de Formatie van Beegden. In het gebied zijn in het verleden breuken
gekarteerd, echter de precieze ligging en het verzet ervan is niet precies bekend.
Voor het vergunningstraject is het van belang te weten of de breuken in de
bovenste tientallen meters een verticaal verzet vertonen. De werkzaamheden die
zijn uitgevoerd omvatten het uitvoeren van elektromagnetische (EM) metingen met
behulp van tTEM apparatuur, het verwerken van de ingewonnen gegevens tot een
model van de elektrische weerstand en de interpretatie naar aspecten die duiden
op een breuk met verzet.
Met het tTEM instrument kunnen met een snelheid van circa 10 km/uur metingen
worden uitgevoerd die vertaalbaar zijn naar de lithologische samenstelling van de
bovenste 50 tot 70 m van de ondergrond. De metingen zijn verwerkt tot een 3D
beeld van de elektrische weerstand van de ondergrond, die een goede
representatie is voor de lithologische variatie. Gebleken is dat aan maaiveld
plaatselijk een zeer dunne klei- of leemlaag voorkomt. De bovenste 16 tot 20 m van
de ondergrond bestaat grotendeels uit (grof) zand van de Formatie van Boxtel en
de Formatie van Beegden. Onder dit grove zand ligt van 20 tot 60 m diepte een
zandpakket met meer lutumbijmenging, afgewisseld met lagen grover zand. Vanaf -
45 m -NAP (circa 55 m diepte) komt klei voor behorende tot de Formatie van
Stramproy. Deze ligt over de gehele lengte van de alle meetprofielen op dezelfde
diepte. Er zijn geen verticale sprongen (‘verzet’) in de diepteligging van de klei van
de Formatie van Stramproy waargenomen die duiden op verticaal verzet. Ook in de
ligging van de ondieper gelegen sedimentpakketten is geen verticale sprong.
onderzoek met de tTEM methode voor het detecteren van breuken in de
ondergrond ten noorden Boerdonk. Smals is voornemens ter plaatse zand te
winnen uit de Formatie van Beegden. In het gebied zijn in het verleden breuken
gekarteerd, echter de precieze ligging en het verzet ervan is niet precies bekend.
Voor het vergunningstraject is het van belang te weten of de breuken in de
bovenste tientallen meters een verticaal verzet vertonen. De werkzaamheden die
zijn uitgevoerd omvatten het uitvoeren van elektromagnetische (EM) metingen met
behulp van tTEM apparatuur, het verwerken van de ingewonnen gegevens tot een
model van de elektrische weerstand en de interpretatie naar aspecten die duiden
op een breuk met verzet.
Met het tTEM instrument kunnen met een snelheid van circa 10 km/uur metingen
worden uitgevoerd die vertaalbaar zijn naar de lithologische samenstelling van de
bovenste 50 tot 70 m van de ondergrond. De metingen zijn verwerkt tot een 3D
beeld van de elektrische weerstand van de ondergrond, die een goede
representatie is voor de lithologische variatie. Gebleken is dat aan maaiveld
plaatselijk een zeer dunne klei- of leemlaag voorkomt. De bovenste 16 tot 20 m van
de ondergrond bestaat grotendeels uit (grof) zand van de Formatie van Boxtel en
de Formatie van Beegden. Onder dit grove zand ligt van 20 tot 60 m diepte een
zandpakket met meer lutumbijmenging, afgewisseld met lagen grover zand. Vanaf -
45 m -NAP (circa 55 m diepte) komt klei voor behorende tot de Formatie van
Stramproy. Deze ligt over de gehele lengte van de alle meetprofielen op dezelfde
diepte. Er zijn geen verticale sprongen (‘verzet’) in de diepteligging van de klei van
de Formatie van Stramproy waargenomen die duiden op verticaal verzet. Ook in de
ligging van de ondieper gelegen sedimentpakketten is geen verticale sprong.
Topics
TNO Identifier
968416
Publisher
TNO
Collation
17 p.
Place of publication
Utrecht