Spoorwegen als 'enabling technology' voor de architectuur: Veranderend natuursteengebruik in 1860-1960

bookPart
More than any other technical design or social institution, the railway stands for modernity. No competing form of transport, no subsequent technological innovation, no other industry has wrought or facilitated change on the scale that has been brought about by the invention and adoption of the railway, aldus Tony Judt in zijn The Glory of the Rails (2010). Dit is maar al te waar, ook met betrekking tot natuursteengebruik in de architectuur. Ongeveer vanaf 1860 worden de spoorwegen een enabling technology voor de architectuur. Ze maken een nieuwe materiaalkeuze en nieuwe materiaalaanvoer voor de snel groeiende steden mogelijk. De technologische revolutie was al eerder begonnen, met als beslissend moment de uitvinding van de stoommachine door James Watt in 1769 en zijn toepassing in de industrie die voortaan op kolen en staal gegrondvest werd. De mobiliteit kreeg een forse duw door de komst van de trein als publiek transportmiddel, in 1835 in Belgie en 4 jaar later in Nederland. Van volksvermaak ontwikkelde het spoorverkeer zich razendsnel tot belangrijkste wijze voor massatransport, zowel voor personen als goederen (Laffut 1981). Tegelijk deed zich een demografische revolutie voor, waarvoor niet de trein maar wel de aardappel verantwoordelijk was. Aanvankelijk gebeurden deze veranderingen in een samenleving die nog op traditionele, bijna Middeleeuwse leest was geschoeid. De diepe economische crisis die een einde maakte aan de huisnijverheid en de hongersnood ten gevolge van de mislukte aardappeloogsten. West Europa beleefde toen het einde van de Kleine IJstijd - tijdens de veertiger jaren van de negentiende eeuw legden echter de kiemen voor een maatschappelijke omwenteling. Het jaar 1860 staat symbool voor een ommekeer, met de doorbraak van de industriele revolutie. Handelsbelemmeringen werden afgebroken door opheffing van stadsoctrooien en barreelrechten; vrijhandelsverdragen met de buurlanden leidden niet alleen tot economische opbloei en grotere welstand maar ook tot andere leefgewoonten: wij stapten over van de knusse Biedermeier naar de bruisende Belle Epoque.
Op de Belle Epoque volgen de oorlogen, de daarmee gepaard gaande leveringsproblemen voor verschillende klassieke stenen - in Nederland worden bijvoorbeeld zowel tijdens en vlak na de Eerste Wereldoorlog als tijdens de eerste jaren van de Tweede Wereldoorlog beoogde maar niet meer verkrijgbare Franse en Belgische stenen op grote schaal vervangen door wel verkrijgbare en aanvoerbare Duitse - en na beide oorlogen de periodes van wederopbouw. Na de wederopbouw van de laatste wereldoorlog, zo manifest in het door het bombardement van mei 1940 gehavende Rotterdam, vindt rond 1960 een nieuwe cesuur plaats in het natuursteengebruik. Het was ook weer een periode van economische expansie, met Chinese toestanden
TNO Identifier
446613
Publisher
Delft
Source title
Stenen van binnen, stenen van buiten - Natuursteen in de jonge bouwkunst
Place of publication
Delft Digital Press
Pages
7-31
Files
To receive the publication files, please send an e-mail request to TNO Repository.