Gesloten huisvesting in de Geestelijke Gezondheidszorg

report
Gegevens uit dit onderzoek zijn mede bepalend bij de aanstaande evaluatie van de veldnormen met eisen waaraan separeervoorzieningen bouwkundig moeten voldoen. Van de veldnorm wordt door IGZ een toezichtsnorm afgeleid. Het onderzoek gaat in op de aanwezige klinische capaciteit voor de GGZ in Nederland, de ruimten die in het kader van dwang- en drangmaatregelen worden gebruikt en de gesloten cliëntenhuisvesting. Enkele conclusies
Ten opzichte van 2004 is het aantal open en gesloten klinische plaatsen met 1.200 toegenomen tot 7.000. Het aantal separeerunits is met circa 12% afgenomen.
Het aantal eenpersoonkamers is sinds 2004 met 19% toegenomen tot 93%. Zo’n 90% van de instellingen voert gericht beleid met betrekking tot het terugdringen van dwang- en drangmaatregelen. Circa 60% van de instellingen gebruikt ook alternatieve ruimten in plaats van reguliere afzonderings- en separeerkamers. Advies TNO
Voorlopige veldnorm voor separeer- en afzonderingsvoorzieningen omzetten in een toezichtsnorm.
Onderzoek naar de effecten van alternatieven voor afdelingsverblijf voor de gesloten setting.
TNO Identifier
410462
Publisher
TNO
Place of publication
Utrecht
Pages
108